Thuis gekomen zoek ik mijn plekje weer op op de bank. Liggend onder mijn dekentje. Heb ik gegeten? Ik weet het niet… (kan het me niet herinneren. Ik baal van die grijze wolk af en toe in mijn hoofd.). Ben vrij snel in slaap gevallen. Ik weet dat ik om 2 uur op mijn horloge heb gekeken, maar word uiteindelijk pas om 3 uur wakker. Fijn, weer een halve middag weggeslapen… Maar, ik voel me als herboren. De zon schijnt. Ik heb kantoor beloofd kaarten te halen. Maar waar… Natuurlijk kan dat overal, maar niet voor mij. Ik moet dichtbij kunnen komen omdat ik niet ver kan lopen. Intratuin? Nee, die winkel is te groot. Kerkbuurt? Met de auto niet te doen: niet voor de deur kunnen parkeren. Met de fiets te ver. Na de laatste aanval niet meer gefietst. (Wel 1x een poging gedaan, maar zelfs de e-bike was te zwaar.) Maar, de zon, de plicht en de enorme wil om gewoon te leven roepen. Dus besloten een poging te wagen en op de fiets naar de markt te gaan. De fiets kan bij de visboer pal naast de markt staan en de kaarten kraam is de 3e kraam op de markt. Dat moet lukken! Al bibberend stap ik op de fiets. Twijfel nog even. Als ik heen ga, moet ik ook terug. Maar ik wil zo graag, dus ik ga. Hoogste ondersteuning op de e-bike. Mijn benen werken mee en gaan rond. De fiets doet de rest. Voelt vreemd maar goed. Ik ga niet hard. Max. 13 km/uur. Dat is op een e-bike al een prestatie zo langzaam te rijden. Onderweg nergens hoeven stoppen dus de markt weten te bereiken. Weer even het gevoel van vrijheid!
Blij er weer even uit te zijn. Ik loop de markt op. Misschien dat het me over een paar weken lukt helemaal over de markt te gaan. Nu naar de kaartenkraam direct om de hoek. Kaarten gepakt en afgerekend. De behoefte om te leven overwint als ik bedenk: zal ik even naar de Wibra lopen. Mijn wil wint het van mijn energie, dus ik loop al waggelend in slow motion de kortste weg naar de Wibra. Eenmaal in de Wibra vind ik om de 2 meter wel iets verplicht interessant om te bekijken, want om de paar meter moet ik tegen de rekken aanhangen om weer een paar meter verder te kunnen. Voor mijn gevoel heb ik voldoende adem, maar mijn benen denken er anders over. Ik koop een paar accessoires voor weinig geld. Leuk wat nieuws op het dressoir. Binnen 5 meter staat mijn fiets. Blij als ik hem bereikt heb. Kan ik gaan zitten, hoeven mijn benen alleen rond te gaan en de fiets brengt me thuis. Ben blij als ik terugfiets. Heb wat leuke dingen gekocht, ben het huis weer uit geweest en heb weer even het gevoel dat ik heb geleefd. Het positieve overheerst in mijn hoofd.