Zorgkosten
Zodra je als lymepatiënt een ander behandeling wil dan de standaardbehandeling volgens de CBO-richtlijn, dan loop je het risico dat de zorgverzekeraar de kosten daarvan niet vergoedt.
Vergoeding van langduriger behandeling met antibiotica binnen de reguliere zorg wordt wel vergoed, maar daarbuiten meestal niet. Er zijn inmiddels door een flink aantal patiënten rechtszaken aangespannen tegen zorgverzekeraars. Met wisselend succes.
In de brochure van de stichting Tekenbeetziekten ‘Wat te doen als uw zorgverzekeraar uw zorgkosten niet wil vergoeden? (versie 2014)’ wordt toegelicht hoe je je zorgkosten vergoed kunt krijgen. Je vindt onder andere een stappenplan voor wanneer je er werk van wilt maken om je zorgkosten toch vergoed te krijgen.
Gerechtelijke uitspraken over de vergoeding van diagnose en behandelingen kun je hier vinden.
Uitspraak Zorginstituut Post-treatment Lyme disease syndrome (PTLDS)
De centrale vraag m.b.t. dit standpunt is of langdurige behandeling met antibiotica bij Post-treatment Lyme disease syndrome (PTLDS) voldoet aan het criterium ‘de stand van de wetenschap en praktijk’, en daarmee of deze behandeling bij deze indicatie onder de basisverzekering van de Zorgverzekeringswet valt.
Standpunt Zorginstituut Post-treatment Lyme disease syndrome (PTLDS)
Ingenomen standpunt Lymevereniging en STZ naar aanleiding van de consultatie door Zorginstituut Nederland
De Lymevereniging en de STZ vinden dat vergoeding van langer durende antibioticabehandelingen vanuit het basis ziektekostenverzekeringspakket bij de ziekte van Lyme of bij persisterende Lyme geassocieerde klachten zeer wenselijk blijft.
Het gaat hierbij om antibiotica behandelingen die in duur, toedieningsvorm en/of medicatiecombinaties af kunnen wijken van de definitieve CBO-richtlijn van 2013, maar binnen de conceptversie van de CBO-richtlijn van oktober 2011 blijven vallen. In deze concept richtlijn, die onderschreven werd door de Lymevereniging en de Lyme experts van het Radboudumc, stond de aanbeveling om “bij behandeling van een patiënt met chronische Lyme-geassocieerde klachten zonder aantoonbare organische afwijkingen alle mogelijke verklaringen en behandelingen met de patiënt te bespreken waarbij de klinische waarschijnlijkheid dat er een actieve Lyme-infectie bestaat uitgangspunt kan zijn”. In de consensustekst van deze concept CBO-richtlijn deed de richtlijncommissie geen uitspraak voor of tegen behandeling.
De Lymevereniging en de STZ onderschrijven nog steeds bovengenoemde aanbeveling en niet de aanbeveling voor patiënten met de ziekte van Lyme en persisterende klachten zoals verwoord staat in paragraaf 4.3.3. van de definitieve versie van de CBO-richtlijn uit 2013.
Consultatie-standpunt-Lyme-Borreliose-NVLP-en-STZ
Nadere informatie en advies kun je vragen (alleen voor leden) via de pagina Belangenbehartiging.